dinsdag 31 juli 2007

Homevalley, 26/07/07

Naar het National Park El Questro gereden, maar niet zonder de rivier Pentecost overgestoken te hebben, zomaar 70 m breed ! Weer een spektakel, zeker als je zelf al aan de andere kant geraakt bent, en ziet hoe de anderen erin sukkelen.


El Questro is een waar vakantieparadijs voor de Australiërs, met veel ‘gorges’, en warm waterbronnen van constant 32°C,

en een prachtige rivier vol croc’s. Deze rivier hebben we afgevaren met een gids, en we hebben hierbij kunnen genieten van de gezonde, typisch Australische humor. Tochtje dat afgesloten werd met Australische champagne, en fruit à volonté ! Aurélie, dat dutske, die er haar leeftijd niet uitziet, kreeg er eerst geen. Ze zijn hier zeer strikt wat betreft alcohol, onder 18 jaar is njet ! De kinderen hebben wel kapitein mogen spelen. Bonpapa wat vindt ge van uw opvolgers?

Alweer een geslaagde dag dus, onder een blijvende felblauwe hemel, en bij een temperatuur overdag van 33°C. Hoed of pet en (drink)water zijn hier verplicht !
Terug de rivier over, we worden echte amfibieën, om naar ons ‘hotel’ te rijden. Een vroegere ranch voor cowboys, waar de tijd weer is blijven stilstaan, en dit alles bij countrymuziek. Hier proeft men echt van het typisch Australische cowboyleven.



‘t Is hier ook wel kikkerland, overal kikkers, in de lavabo, in de douches, in de wc’s, op de buizen, lieve, kleine kikkertjes die water komen zoeken, en die ons aankijken met hun lieve, ronde oogjes, van : ge gaat mij toch niet pakken, hé. En wij, met onze lieve, ronde oogjes kijken van : ge gaat toch niet op mij springen, hé !

Homestead Ellenbrae, 25/07/07


Vrij vlot gereden, gezien de staat van de wegen. We moesten immers zo’n 350 km afleggen op onze trilplaatbaan . Veiligheidshalve zijn we rond 16.00 u gestopt aan een homestead om te slapen. Deze is gelegen in een domein van 1 miljoen are groot, waar de runderen vrij rondlopen, gezien geen boer er nog naar omkijkt. Deze nacht was ook niet op voorhand geboekt, want het is zeer moeilijk te voorzien hoeveel kms men kan doen op zulke jeepwegen.
We waren nog maar toegekomen of de nachtmerrie begon al. No vacancies, behalve voor kampeerders. We moesten 24.00u op voorhand geboekt hebben, om de kamers te kunnen klaarmaken, en om onze dinner te bespreken. Voor het eten was het voor ons geen probleem, we hadden ondertussen een voorraadje aangelegd.
Voor het slapen was er een serieus probleem. De volgende stop was immers 120 km verder, en het begon al te schemeren. Bovendien bleek er nadien toch geen plaats te zijn (na gebeld te hebben met satelliettelefoon).
En in de jeep logeren is zeker niet aangeraden, wegens het loslopend vee en ander wildlife. Uiteindelijk gingen ze ons toch depanneren, als we zelf het linnen op ons bed wilden leggen. En of we dat graag wilden doen !! Als we maar een rustige nacht hadden !! Zo dachten we toch. Want het werd letterlijk de nachtmerrie van ons leven. We lagen nog maar in ons bed of we hoorden : plop, een insect viel op mijn hoofdkussen, plop, nog één op Aurélie haar bed, plop, één op Bruno zijn hoofd, enz …de ganse nacht door. Plus het feit dat we zeker een zaklamp moesten hebben als we “s nachts naar ‘t wc moesten (alle sanitaire voorzieningen zijn hier steeds gemeenschappelijk), voor de slangen. Het werd een lange, creepy nacht .


Kalumburra, 24/07/07

We made it ! We zijn er geraakt, in onze Aboriginal community, in het hoogste noordelijke punt van de Kimberleys, 680 km van de bewoonde wereld (buiten de safarikampen gerekend, maar die zitten toch niet in de bewoonde wereld).
We logeren momenteel in de katholieke missiepost van de community. Gelukkig maar, want we wisten langs geen kanten of we hier konden logeren, en niemand kon ons dit op voorhand vertellen.



Er is hier ook een mini-supermarkt, met de basis eetbehoeftenproducten, of we zaten nog zonder eten ook, vanmiddag, vanavond, morgenvroeg en morgenmiddag. Er hing hier dus heel veel van af. Maar ja, als ge voor avontuur kiest ! Nu nog duimen voor morgenavond, de rest is op voorhand geboekt.
Qua artiesten hebben we minder geluk. Er zijn er hier blijkbaar enkele zeer goede, maar die zijn allemaal op exhibition (tentoonstelling) in Broome, met al hun werken. En te zeggen dat we vandaar komen !!!
We hebben wel hun adres, zodat we achteraf wel contacten kunnen leggen, maar toch. ‘T is niet hetzelfde als ge ze niet persoonlijk ontmoet.
Maar de reis naar hier is zeker de moeite waard, want het landschap is hier zeer mooi. We zijn naar het noordelijk strand gereden, Honeymoon beach (wat een mooie naam!),
maar niet eerst zonder gestrand te zijn met een jeep dan nog, in het hoge zand, op de weg er naar toe. En wij maar graven, en dat bij een temperatuur van bij de 40 °C ! Tot wanneer Aurélie, na een half uur, een auto hoorde. We deden ze stoppen, ze konden toch niet verder, by the way, en draaiden aan twee knopjes aan de wielen om hem in 4x4 te zetten. En weg waren we, met rode kaakjes weliswaar. We kunnen er toch ook niet aan doen dat we in België allemaal harde wegen hebben! :-P
Dit verdiende toch wel een frisse duik in de oceaan. Tot wanneer een lieve mevrouw ons kwam zeggen dat we misschien beter uit het water konden komen, want het zit hier vol krokodillen, en ge ziet ze echt niet afkomen. Zo leep zijn ze. Ze wou niet dat onze familie opgepeuzeld werd (letterlijk, maar dan in het engels). Dat was ons avontuur van de dag, op de bosbranden in de verte na.
‘k Ga nu wel rap afsluiten, want er zit al heel de tijd een reuzenspin naar mij te loeren. Ik wil op de vlucht slaan, heeeelp!
Slaapwel, jullie in het land van de normale beesten.
Ungolan, 23/07/07

Na een hobbelige en natte rit(van de talrijke kreken, die we moesten oversteken), bij aankomst waren we echte trilplaten, zo’n 110 km ver, aangekomen aan de fameuze Mitchell- waterfalls.
Het was het moment om de jeep te testen op waterdichtheid ! De test is geslaagd, na tot aan de helft van de deuren in het water gereden te hebben, om weer een rivier over te steken, hoe konden jullie het raden.
Onderweg hebben we oeroude Aboriginal rotstekeningen bewonderd (hier zijn we toch immers voor),de oudste zo’n 20.000 jaar oud, en in uitstekende staat !
De waterfalls-walk was 3.5 km lang te voet. Een heel mooi wandelingske, met veel klauterwerk, maar toch nog leuk om te doen op onze toch niet meer zo jeugdige leeftijd (alhoewel!), onder een brandende zon. Onze tocht werd beloond door een frisse duik in de bovenste plateau van de watervallen (bestaande uit 3 etages).
In de onderste mag niet gezwommen worden,want daar rust de regenboogslang (schepper van het landschap) uit, volgens het Aboriginal geloof.
De nacht doorgebracht in een tweede safarikamp, gezelliger dan het eerste. Het voordeel van die kampen is dat we heel veel mensen tegenkomen. Er wordt immers eerst geaperitiefd (met water, want er is niets anders, wegens de te ver afgelegen plekken), rond een kampvuur. Daar hoorden we een koppel dat engels sprak met een serieus frans accent. Ze waren van …. Rijsel ! Voor ons een veel dichtere buur, dan al de Australiërs onder elkaar, die soms 5000 km van elkaar woonden ! We hebben enorm veel leute gehad met die mensen, om onze typisch europese flaters. (zoals pinkers gebruiken, om één enkele weg in te slaan, waar in de verste verte geen wagen te bespeuren valt, en ‘t zijn dan nog de ruitenwissers die aansloegen). Hopelijk zien we ze nog terug, want ze komen regelmatig naar Gent.








Marumbabidi, 22/07/07
Gelukkige verjaardag aan Dimitri, ons neefje ! Geniet er tenvolle van, 16 jaar is zulk een mooie leeftijd ! Kusjes van ons allemaal !

Veel gereden vandaag op goede en minder goede banen. Gestopt aan Lennart river gorge, doch niet de moeite waard. 1 km te voet over losse stenen, om tenslotte bovenaan een kloof te komen, waar niets te zien was. We hoorden wel een waterval op de achtergrond. We hebben ook kennis gemaakt met de fameuze Kalumburu-road, in de boekskes omschreven als een ‘dirty, rocky road’. Ze liegen er niet om, te vergelijken met een echte niet-geprepareerde zwarte piste.
Aan max. 30 km/u uiteindelijk in Marunbabidi, ons safarikamp toegekomen. Juist op tijd, want we moesten nog door een rivier. Met een jeep normaal gezien geen probleem, maar de bodem lag vol grote ongelijke, uitstekende rotsblokken.

We konden ook de diepte niet inschatten, en wisten niet waar de weg zich aan de andere kant verderzette, wegens de ondergaande zon die weerkaatste op het water. De sunsets in Australië zijn prachtig, maar hebben ons verdorie al veel parten gespeeld.
Uiteindelijk, na veel gissen, hebben we de overkant bereikt aan 0.00001 km / uur.
Al bij al, veilig aangekomen in ons tentenkamp, waar we een koele nacht doorbrachten bij 4° C.
Welcome back op jullie favoriete zender vanuit down-under, met een verslag van de voorbije dagen.
Eerst een berichtje voor mijn liefste zusje : wees niet ongerust, hoe spannend het soms ook was, we zijn veilig in Darwin geraakt, het einde van onze jeepreis.

Mount Hart, 21/07/07


We hebben er gewoon geen woorden voor, of toch, misschien 3 : WAW WAW WAW !!!!!!!!!!!!!!!!
Wat we vandaag gezien hebben, was weer onvoorstelbaar mooi.
Maar eerst hebben we onze eerste zaken gedaan. Vertrokken vanuit Broome voor een 6 uur durende trip op unsealed road (niet-geasfalteerde baan).
Gestopt aan een Aboriginal galerij, hebben we onze collectie schilderijen aangevuld met ‘wandjina-art’, typisch voor de streek van de ‘Kimberleys’, het Noord-Westen van Australië. Wie wil weten wat dat voor een beest is, moet zijn neus maar eens binnensteken in onze shop ! (gotcha !) Of, op onze website, natuurlijk zodra we terug zijn.
Na de zakens, de Australische curiositeiten, zoals de reuze-boab (zie foto), die eens als gevangenis diende voor Aboriginals, op hun tocht van oost naar west, als slaven aan elkaar geketend, een tocht die ze te voet moesten afleggen, zo’n 660 km lang.

En dan, de Windjana. Subliem ! Uit een vlakte komt plots een muur van rotsen tevoorschijn, 90 m hoog.
Dit bestaat echter niet uit steen, maar uit afzetting van schaal- en schelpdieren, een proces dat begonnen is zo’n 380 miljoen jaren terug. Deze is gelegen naast een rivier, bewoond door een heleboel ‘freshwater’ croc’s.

De Windjana is dus gelegen langs een rivier, in het droogteseizoen meer een waterpoel, maar gewoon prachtig, onder de blauwe hemel, en de eucalyptussen met hun witte stammen die weerspiegelen in het heldere water. We dachten dat we het gehad hadden voor vandaag. Tot wanneer we aan ons logement kwamen. Op het kruispunt stond een kotje met een sateliettelefoon in. Hier moesten we ons aanmelden, en kregen we te horen dat we nog 50 km verder moesten, of een uur rijden. De oprit was zomaar efkes 50 km lang, hobbelig, zanderig, en vol kreekjes waar we doormoesten (de belgische pretparken kunnen er niet aan tippen), en dit met een ondergaande zon in onze ogen ! En om het ons nog ietsker moeilijker te maken dwarste een dingo ons de baan. Hij bleef zelfs voor onze wielen lopen. (Dingo is een gele, wilde hond, die niet kan blaffen, maar huilt zoals een wolf bij ons.) Dit is wel de langste oprit die we ooit gezien hebben ! Ter plaatse gekomen, moesten we opletten dat we niet op de landingsbaan van een privé-vliegtuigje geraakten. Een typisch Australisch manneke, met kringbaard en muts, stond ons op te wachten. We waren in het meest idyllisch plekje terechtgekomen in the middle of nowhere. Het bleek een vroeger ‘cattlestation’ geweest te zijn, een stopplaats voor de cowboys met hun vee.
En niets bleek veranderd te zijn, zelfs de ‘dunnies’ niet (wc’s).
Onze eerste dag in de ‘Kimberleys’ was dus geslaagd.

vrijdag 20 juli 2007

Broome, 20/07/07


Deze morgen onze eerste zakelijke contacten gelegd ! Of toch bijna.
Een eerste galerijtje bezocht, met aboriginal ‘stuff’, een oud gevangenis(ke) - 3 cellen groot. Zo’n cel geeft een enorme goede akoestiek voor de didgeridoo. Een sympathieke kerel (Paul Boon, nochtans op en top Aussie), uitbater van de galerij, heeft ons interessante adressen gegeven van aboriginal artiesten, langs onze reisroute.


‘s Namiddags, dolce farniente op het strand van Broome, met als afsluiter een aperitief met ‘bubbels’ (Australische champagne) op het strand ‘by sunset’ !!! Een unieke ervaring !!!!!





Wist u verder nog dat :
- de sterrenhemel hier veel meer sterren telt dan in het noordelijk halfrond, of ligt het misschien aan de ‘licht’vervuiling bij ons ?
- Aurélie al 418 keer ergens tegen gebotst heeft, de omgekeerde wereld gaat haar blijkbaar toch niet zo goed af.
- de zonsondergangen hier echt spectaculair zijn ?
- Bruno liever de ruitenwissers gebruikt ipv de pinkers in de jeep ?
- vrouwen hier een veel beter oriëntatievermogen hebben dan mannen ? Gelukkig maar, wie weet waar we anders zaten ! ( Hieraan zie je wie de tekst schrijft!!!!! )
- dat het leven hier damned expensive is (duur) !
G’night mates
Ps : de volgende +/- 10 dagen gaan jullie hoogstwaarschijnlijk niets van ons horen, we reizen immers in te afgelegen gebied . Don’t worry !


Tot dan ! En goede vakantie aan iedereen !

Broome, 19/07/07
Vaarwel mobileke, welkom jeepke !
We komen terecht in een subliem, supernieuw hotel. Onze kamer blijkt een appartement te zijn, met 2 slaapkamers, ruime living met aanpalende keuken (met vaatwasser), moderne badkamer, met eigen was- en droogmachine !
Wat een contrast met gedurende 2 weken, een zeer beperkte ruimte met 4 personen te moeten hebben gedeeld ! (en toch zullen we de campingsfeer een beetje missen).
We blazen hier 2 dagen uit, alvorens aan onze avontuurlijke tocht te beginnen met de jeep, door het ongerepte gebied van de ‘Kimberleys’.
Broome, 18/07/07

It’s hot, hot, damned hot : de weersvoorspellingen zijn uitgekomen. En de zon staat hier veel dichter bij de aarde !
In 1 trok van Port Hedland naar het eerstvolgende stadje langs de oceaan, zo’n 650 kmterkes verder. En zoals gewoonlijk, 1 tussenstop om te tanken, in Sandfire roadhouse. Toch efkes uitgestapt om uit te blazen op het eighty miles beach, weer prachtig wit strand, met helderblauwe zee !




Aangekomen te Broome gaan we onze laatste nacht tegemoet met de ‘campervan’ (mobilhome). Dit betekent ook het einde van het eerste deel van onze reis.

dinsdag 17 juli 2007

Port Hedland, 17/07/07,

Vandaag een daguitstapje naar Karratha, en Dampier, zo’n 240 km westwaarts langs de kust. ‘T is hier meer van ‘le plat pays qui est le mien‘,
‘t Wordt hier ook meer zwart van het volk, letterlijk dan. We bevinden ons immers in oorspronkelijk Aboriginal gebied, nog grotendeels bewoond door Abootjes. Steden langs de Central-Westcoast, zoals ze dat hier noemen, zijn pas ontstaan in de late jaren 1960, nadat de blanken ontdekt hadden dat er heel veel ijzer te ontginnen was. Port Hedland is één industriehaven, voor de export van al die ertsen.
In Karratha wordt vooral koper ontgonnen. We hadden ook gelezen dat hier een interessante ‘walktrail‘, wandelpaadje, was langs aboriginal gebied, met interessante rotstekeningen.
Na het waarschuwingsbordje gelezen te hebben voor de giftige slangen en de spinnen, zagen we na een 20-tal minuutjes stappen, één rotssteen met inderdaad een tekeningske op.
We hadden toch wel meer verwacht. Zelfs de slangen en de spinnen lieten zich niet zien. Eerlijk gezegd, gelukkig maar. Ge zijt toch niet vree op uw gemak als ge die waarschuwingsborden ziet.
Doorrijden naar Dampier dus, bekend voor zijn zoutontginning, en voor aboriginal rotstekeningen (zo’n 10.000-tal) van 6000 jaar oud.
Per jaar wordt hier 4,5 miljoen ton zout ontgonnen ; als je weet dat 67 ton zeewater 1 ton zout geeft … zal de oceaan binnenkort geen water meer hebben.
Om de rotstekeningen te zien, weer een rood baantje, maar slechts 3 km lang.
Te voet was weer wat anders, ‘t was één klauterpartij tussen de rotsen door. En ‘t is hier al behoorlijk warm aan het komen (28 tot 30 ° in de winter).
De berg is als verbrokkeld, en op vele losse rotsblokken waren er hier inderdaad veel rotstekeningen te zien.
En Guillaume, … ja, die sprong van de ene rots op de andere !
Tot slot nog de weersvoorspellingen voor de komende dagen :



See you !
Port Hedland, 16/07/07
In een groot stationnetje, ergens in een ver land, stonden 210 wagentjes, netjes op een rij ; kwamen 2 machinistjes, in hun locomotieveke, akke, akke, tutuut, weg was hij. (vrij naar een bekend kleuterliedje).
210 wagonnetjes (Aurélie heeft ze geteld, als we aan het wachten waren aan de overweg om het treintje te laten passeren, waar maar geen eind aan kwam), getrokken door 1 locomotiefke, alle gevuld met ijzer- of kopererts, komende van Tom Price, en reizende naar Port Hedland.
We bevinden ons immers in de Pilbarastreek, de streek van de mijnen. Ook de roadtrains komen hier meer voor, gemiddeld toch 2 à 3 per uur !

We leggen dezelfde weg af, van Tom Price naar Port Hedland (375 km), maar niet zonder te passeren langs het befaamde Karijini National Park. Hier bevinden zich immers de diepste kloven van Australië, 100 m diep.
Gezien de verste kloven slechts 60 km uit elkaar lagen, was dit zeker te doen, zo dachten we toch.
Tot wanneer we aan een baantje kwamen, met niets anders dan rood zand. En een mobilhome in rood zand is gelijk een kat en een hond, dat past niet zo best samen. Wij dus gaan vragen aan het visitors centre, en zij maar beweren dat er absoluut geen probleem was, gezien de perfecte toestand van de baan. Inderdaad,de eerste kms verliepen goed. Maar daarna, ‘ttt wwwwaaassss aaallll sssccchhhuuudddeeennn eeennnn ttttrrriiillleeennnn, en rechtsomkeer maken is niet mogelijk op die smalle baantjes.
Op de koop toe, kwamen we nog aan een ‘dip’, diepte, gevuld met water, gevolgd door een steile helling. We moesten erdoor, op risico van …. Gelukkig, het water kwam maar ter hoogte van de top van de wielen, en de helling hebben we gehaald ! Dat was een grote oef !
Het was ons al opgevallen dat er geen andere mobilhomes waren.
Daarna was alles tot in de diepste schuiven natuurlijk rood, en wij maar kuisen.
Maar ons avontuurtje werd dubbel en dik beloond door de prachtige natuur die we te zien kregen.
Nog groot nieuws, BRUNO WAS JARIG VANDAAG !!!!
Bruno bedankt al degene die hun wensen doorgestuurd hebben !

Tom Price, 15/07/07 (oostwaarts in het binnenland)
Een lange rit vandaag in een tamelijk heuvelachtig landschap (600 km). ‘t Zijn eigenlijk meer oude bergen, Australië is immers ook nog het oudste continent ter wereld. Veel koeien op de baan, meer dan auto’s.
De temperatuur stijgt (althans overdag), en de dieselprijzen des te meer (50 dollarcent duurder per liter dan in Perth). Maar ja, als je maar om de 300 km kan tanken, heb je niet veel keuze. ‘t Is geld verteren of in panne vallen.
Voor zover we nog kunnen, kiezen we nog altijd voor het eerste. Sponsors gezocht !!! We beloven in ruil reclame te plakken op onze mobilhome !
Foto’s zullen bijgeleverd worden als bewijs. Als jullie ons ooit nog willen terug zien, help ons dan !
Groetjes,
De dutskes





Exmouth, 14/07/07
Sorry, today is holiday !
We zijn naar het strand geweest, aan de prachtige blauwe oceaan, waar de koraalriffen bijna tot aan het strand komen. We waren eerst niet zeer op ons gemak, wegens het volk. Ttz er was niemand anders !!! En ‘t was hier zooo schoon zand en zee, en nochtans public holiday voor de Aussies.




Guillaume en Aurélie hebben zelfs een rog gezien, zij waren rap uit het water.
Na een nachtje tussen de bananen en de mango’s, nu een nachtje of twee tussen de emoe’s. (Henk en Patrick)