dinsdag 31 juli 2007

Ungolan, 23/07/07

Na een hobbelige en natte rit(van de talrijke kreken, die we moesten oversteken), bij aankomst waren we echte trilplaten, zo’n 110 km ver, aangekomen aan de fameuze Mitchell- waterfalls.
Het was het moment om de jeep te testen op waterdichtheid ! De test is geslaagd, na tot aan de helft van de deuren in het water gereden te hebben, om weer een rivier over te steken, hoe konden jullie het raden.
Onderweg hebben we oeroude Aboriginal rotstekeningen bewonderd (hier zijn we toch immers voor),de oudste zo’n 20.000 jaar oud, en in uitstekende staat !
De waterfalls-walk was 3.5 km lang te voet. Een heel mooi wandelingske, met veel klauterwerk, maar toch nog leuk om te doen op onze toch niet meer zo jeugdige leeftijd (alhoewel!), onder een brandende zon. Onze tocht werd beloond door een frisse duik in de bovenste plateau van de watervallen (bestaande uit 3 etages).
In de onderste mag niet gezwommen worden,want daar rust de regenboogslang (schepper van het landschap) uit, volgens het Aboriginal geloof.
De nacht doorgebracht in een tweede safarikamp, gezelliger dan het eerste. Het voordeel van die kampen is dat we heel veel mensen tegenkomen. Er wordt immers eerst geaperitiefd (met water, want er is niets anders, wegens de te ver afgelegen plekken), rond een kampvuur. Daar hoorden we een koppel dat engels sprak met een serieus frans accent. Ze waren van …. Rijsel ! Voor ons een veel dichtere buur, dan al de Australiërs onder elkaar, die soms 5000 km van elkaar woonden ! We hebben enorm veel leute gehad met die mensen, om onze typisch europese flaters. (zoals pinkers gebruiken, om één enkele weg in te slaan, waar in de verste verte geen wagen te bespeuren valt, en ‘t zijn dan nog de ruitenwissers die aansloegen). Hopelijk zien we ze nog terug, want ze komen regelmatig naar Gent.

Geen opmerkingen: